Hoofdsponsor

1/8 1927 Delage Grand Prix [wip]

Heel mooi en nauwkeurig apparaat,, heel veel plezier zal je daarvan hebben
 
Dank voor jullie reacties heren!

Aris, ook vooral een zwaar ding hoewel het niet eens zo heel groot is. Ik denk dat de verdeelschijf bijna net zo zwaar is als de freesmachine zelf! Hij is ook ongeveer 2/3 zo duur. Misschien dat veel modelbouwers er daarom niet aan willen, maar in het boek van Wingrove staat uitgelegd waarom het een haast noodzakelijk apparaat is voor als je zoveel gaatjes in een naaf wilt boren bijvoorbeeld. Op schaal 1/15 zijn de gaatjes 0,3 millimeter in diameter, maar staan ze slechts 0,2 millimeter van elkaar af!!!

Hoe dan ook, nu is het misschien ook wat duidelijker waarom ik vermoed dat het maken van dat zeskant-onderdeeltje niet zo heel moeilijk zou moeten zijn. De zeskant wordt er 'gewoon' uitgefreesd. Hier een stapsgewijze uitleg:

Te beginnen met het bovenaanzicht van wat de zeskant moet gaan worden:

32883044586_a8fb26ca42_b.jpg

Het onderdeel is bevestigd op de verdeelschijf. Die staat op positie 0 (=0 graden). De frees komt erbij kijken:

32883044696_b47bf800f2_b.jpg

Als je dan met de frees naar beneden gaat, snij je één van de zes kanten er vanaf:

32883044436_8bc0e6352e_b.jpg

Vervolgens wordt de draaischijf 60 graden gedraaid. Dat is zes volledige slagen en daarna nog 18/27e deel van één slag (=6 2/3 slag). De tweed kant wordt er vanaf gefreesd:

32108677383_9d55eaf559_b.jpg

Zo nog vier keer, en dan krijg je de zeskant:

32883044056_cb77c5e176_b.jpg
 
Graag gedaan Kassei.

Rétromobile 2017
Vorige week was ik in Parijs, met als doel de zes Delage 15-S-8 auto's in het echt te zien, er foto's van te maken, erachter te komen (door middel van een gesprek met Delage-kenner Daniel Cabart) of er nog blauwdrukken van dit type zijn overgebleven en om het nieuwe boek van de heer Cabart te kopen. Ik zal beginnen met een verslag van Rétromobile, daarna zal ik een verslag schrijven van het boek dat ik met veel interesse en plezier heb gelezen.

Al meteen bij binnenkomst van het beurscomplex werd me duidelijk dat het een grote beurs was. Hoe gigantisch, bleek pas later. Hier een panoramafoto van de grote hal met op de rode vloer (1/3 van de oppervlakte van die hal) verkopers van miniatuurmodellen, onderdelen van antieke auto's, toebehoren, restaurateurs et cetera. Verderop, tot helemaal het einde, een uitstalling van duizenden klassieke auto's.


32556537690_effb093513_b.jpg

Ik heb alleen in deze hal bijvoorbeeld al een stuk of tien Mercedes-Benz 300 SL Gullwings geteld.

Dan waren er nog twee hallen, in totaal ongeveer half zo groot als de grootste hal. Een van beide kleinere (maar nog steeds grote) ruimtes was mijn eerste doel, daar stonden de Delages. Daar heb ik ongeveer anderhalf uur doorgebracht (later die dag nog een half uur) en honderden foto's en video's gemaakt. Helaas was chassis #4 niet aanwezig (voor onderhoud in Nieuw Zeeland) maar dat mocht de pret niet drukken. Voor mij waren de belangrijkste toeristische doelen chassis #1 en #3. Nummer 1, omdat dat het meest originele overgeblevene is, met nagenoeg geen aanpassingen in de loop van 90 jaar, en nummer 3 omdat daar het koetswerk niet gemonteerd is. Te beginnen met Chassis #1.

De prachtige voorwielophanging:


32783776242_b17c6342e3_b.jpg

32783882802_8c689835b2_b.jpg

De klinknagels werden, om redenen van aerodynamica en gewichtsbesparing, afgevlakt:

32094236524_bfee3448a1_b.jpg


32556901040_db51a28646_b.jpg

Als er nog eens een 'Musée des Louvres' zou worden opgericht, zou dit daar meteen in mogen:

32094281334_7a8cc35841_b.jpg

Het interieur wordt wel vergeleken met dat van een duikboot...

32937745125_69812127e2_b.jpg

Om het modelbouwers later gemakkelijk te maken, heeft Delage een lange rij taps toelopende louvres aangebracht. Die zullen straks stuk voor stuk uit het metaal moeten worden geponst.

32094373454_63404cf684_b.jpg

's Ochtends was de motorkap op z'n plek (mij werd vriendelijk gezocht de motorkap er niet zelf af te halen :) )...

32557058930_eec0a42309_b.jpg

's Middags trof ik de auto zo aan:

32937852225_f71b610a38_b.jpg

32784120592_f69fcb5c40_b.jpg

De motor is vanuit het midden precies 10 centimeter naar links geplaatst:

32557161560_aa6edcb4c3_b.jpg

Dan de toestand van Chassis #3 (gedurende de bouw zullen meer foto's worden getoond):

32094603924_4ff93aa83f_b.jpg

32813727131_6de5bec2c4_b.jpg

32123293803_48d8cdb858_b.jpg

De mooiste auto van de beurs vond ik deze Delahaye met carrosserie van Figoni:

32938589575_11897087d4_b.jpg

32938614115_c696ea1915_b.jpg

32784747712_3e27cef1aa_b.jpg

Dit is het enige exemplaar ooit gemaakt. Ach ja... dromen mag, toch? :)

Rétromobile was een overweldigende ervaring. Zeker een aanrader om ook eens te beleven, als je ook maar iets met klassieke auto's hebt!
 
Je kan toch minstens vragen of je eens een ritje mag maken...Hele mooie foto's indrukwekkend interieur, dat is letterlijk in een auto zitten
 
Delage Champion du Monde

Wie tot vorige week op zoek was naar een zo uitgebreid mogelijk boekwerk over de Delage 15-S-8, was aangewezen op het 12 bladzijden tellend boekje "The 1926-27 1 1/2-Litre Delage" van Cyril Posthumus, uitgegeven in 1966. Het is een interessante tekst met een aantal foto's, maar biedt vanzelfsprekend niet zoveel informatie als je graag zou hebben.

Dé kenner op het gebied van Delage in het algemeen, en zoals nu duidelijk is de 15-S-8 in het bijzonder, is Daniel Cabart. Hij heeft samen met Christophe Pund een indrukwekkend boekwerk gemaakt met de titel Delage Champion du Monde, een verwijzing naar de Grand Prix-wereldtitel die Delage in 1927 heeft behaald.


img-6370867416.jpg


Het boek is 239 pagina's dik, staat barstensvol foto's en bezit naast de originele Franse tekst een vertaling in het Engels, wat voor mij een welkome verrassing was. Het boek begint met een geïllustreerde beschrijving van de racegeschiedenis van Delage, gaat in hoofdstuk 2 verder met een beschrijving van de 1926- en 1927-modellen, beschrijft terloops de belangrijkste concurrentie gevormd door Talbot en Bugatti, doet in de hoofdstukken 3 en 4 verslag van de seizoenen 1926 en 1927 en legt gedetailleerd uit wat er vervolgens met de zes verschillende chassis is gebeurd, wie er waar mee heeft geracet en wat de behaalde resultaten waren. Werkelijk overal heeft de heer Cabart foto's van weten te vinden, hetgeen dit boek een ware schatkamer maakt voor degene die op zoek is naar visueel materiaal van een bepaalde situatie of voor degenen die erachter willen komen waar en wanneer welk chassis met welk nummer heeft gereden. Overigens is daarvan een uitgebreid schema opgenomen, met daarin begrepen alle races waar alle zes de auto's tussen 1926 en 1952 hebben meegedaan. Het boek rondt af met een uitgebreide beschrijving van de hoofdrolspelers in de geschiedenis van deze auto's (coureurs, ingenieurs) en een aantal bijlagen.

Wat mij vooral heeft verrast is dat de vier teamauto's vanaf de laatste Grand Prix (Brooklands) zijn getrackt en dat door onderzoek bijvoorbeeld is gebleken dat chassis #3 de auto is die de meest succesvolle coureur, Robert Benoist, in 1927 steeds onder zich heeft gehad. Tot ik dit boek las, was dit mij niet bekend hoewel ik toch veel over dit type auto heb gelezen. Ik had ergens gelezen dat de genoemde tracking niet meer mogelijk was. Ook andere zaken worden in het boek duidelijk gemaakt, bijvoorbeeld waar de letter 'S' in de typenaam voor staat en wat de ontstekingsvolgorde van de motor was.

Veel foto's waren nieuw voor mij, ook uiterst waardevolle exemplaren zoals foto's van de motor zoals die in 1927 was, van de linker- alsook van de rechterzijde genomen. Ook een mooie foto van de versnellingsbak de dato 1926 (met gedraaid metaal) is van belang, omdat die versnellingsbakken ongewijzigd zijn overgezet naar de 1927-auto's.

Dit boek fungeert als pageturner, naslagwerk en magnum opus over de Delage 15-S-8. Zijn er ook kanttekeningen? Vanzelfspekend, geen boek is perfect. Ik miste een stukje persoonlijke geschiedenis omtrent Louis Delâge (te verklaren, omdat hij zelf niet nauw betrokken was bij de ontwikkeling van de auto) en wat mij betreft had de beschrijving van het ongelooflijke levensverhaal van Robert Benoist uitgebreider gekund (te verklaren, omdat extra bladzijden een boek duurder maken). Ook geeft het boek nauwelijks hapklare informatie over afmetingen van de voertuigen (hoewel... in de aantekeningen van de ontwerper, Albert Lory, is zo hier en daar wel iets terug te vinden). En ook dit is te verklaren, omdat de blauwdrukken verloren zijn gegaan (hoewel er tekeningen van de motor in het boek zijn opgenomen) en er onduidelijkheid heerst over de precieze afmetingen van de auto's.

Het boek is zeer toegankelijk, leest vlot weg en is ook voor mensen die zich willen verdiepen in deze relatief onbekende periode van de Grand Prix-historie, buitengewoon interessant. De appendices, diverse bladzijden volgeschreven door Albert Lory over tests met de auto en voorgestelde aanpassingen, geven een interessant tijdsbeeld. Het boek weet op indringende wijze te verduidelijken hoe bijzonder de prestaties van de coureurs waren, die tijdens races vergast werden, met brandwonden afgevoerd werden, hun auto's in brand zagen vliegen en honderden kilometers over stoffige wegen met lastig bestuurbare auto's moesten. Het is een boek ter inspiratie.

Delage Champion du Monde, Daniel Cabart & Christophe Pund, 239p, €90,-, ISBN 978-2-8151-0362-6
 
Misschien inderdaad een leuk idee Aris... mits er toestemming wordt verleend een ritje maken naar midden-Frankrijk om de auto te bezoeken is sowieso al geen straf. Hier meer beelden van de Delahaye, daarop kun je beter zien hoe indrukwekkend deze auto is. Voor grote beelden: op het Youtube-logo klikken en dan in het nieuwe tabblad op 'vergroten'.

 
Dit lijkt mij een erg mooie beurs om te bezoeken. die Delahaye vind ik bijzonder mooi eigenlijk is het automotive art.

Interessante informatie Ron en belangrijk om te bezitten tijdens het (Scratch)bouwen van een model.
Bijzonder vind ik dat op je eerste foto van chassis #3 een element is te zien dat van een ander materiaal lijkt te zijn gemaakt dan de motor waarop het onderdeel is bevestigd?

De lamellen zijn een uitdaging waarover ik al een keer heb nagedacht in verband met het zelf maken van Pocher motorkap delen in metaal i.p.v. plastic.
Uiteraard vind ik het prima om mijn gedachten met je te delen, laat maar weten of je dat wilt?

Groet en veel plezier, Ronald
 
Ik ben het volledig met je eens dat de Delahaye eigenlijk een rijdend stukje Art Deco is, oogverblindend mooi.

Wat betreft chassis #3, zou het kunnen dat je doelt op de compressor (zit voor aan het blok vast, is op de foto vooraan te zien) en de carburateur (zit op de foto rechts aan de compressor vast, heeft een koperen 'dekseltje')? Ik weet niet of deze van ander materiaal zijn of dat ze een verschillende gradatie van polijsten hebben ondergaan. Hoe dan ook, ga ik beide onderdelen apart van elkaar maken.

32094603924_4ff93aa83f_b.jpg

Ook bij chassis #5 lijkt de compressor wat doffer van kleur te zijn dan de rest van het blok. Wellicht is de compressor (die niet zoveel krachten te verduren krijgt en ook niet zo heet wordt als het blok) van aluminium gemaakt en het blok van staal? Ik weet het niet.

Hier het motorblok van chassis #5:

32569424230_00dbde0bc6_b.jpg

Over de louvres heb ik mijn gedachten ook al ruimschoots laten gaan en ik ben tot de conclusie gekomen dat ik niet een machientje ga maken zoals Gerald Wingrove dat heeft. Hij is een professioneel modelbouwer en moet vaak louvres maken, dat kan ik van mezelf niet bepaald zeggen. Zijn apparaat is zeer nauwkeurig en je kunt er snel mee werken, maar hij heeft er 80 uur werk aan besteed om het te maken. Stel dat dat in mijn onkundige handen 160 uur zou zijn... ik vraag me dan af of er voor mij geen makkelijker methodes zijn.

Dit is de louvre press van de heer Wingrove:

32909867776_1433debdec_b.jpg

De methode die ik, zoals ik het nu zie, wil gaan proberen is die van de zeer getalenteerde modelbouwer 'Propeller'. Zijn indrukwekkende bouwtopic is in de openingspost gelinkt. Wat hij doet, is een slijpschijf plaatsen in een freesmachine, en eerst de louvre-kerfjes uitslijpen:

148.jpg


om de louvres vervolgens in vorm te persen.

Het is geen ideale methode, maar zeker beter dan niets. Omdat ik tot nu toe nog niets perfects ben tegengekomen, sta ik zeer zeker open voor jouw suggestie Ronald. Ik ben erg benieuwd naar jouw techniek.


@Eric: dank voor het volgen!
 
5. De afgelopen anderhalve maand heb ik geoefend met draaibank en frees. Het is mijn bedoeling om, zoals bij mijn BMW-bouw, alle stappen van het bouwproces te laten zien, ditmaal zonder voorafgaande ervaring (vergelijk het met het aanbrengen van de strakke glanzende verflaag, dat was voor mij in de BMW-bouw ook nieuw).

Het introduceren van het materiaal kan ik op twee manieren doen: ofwel stukje bij beetje, bij elke post een toelichting van de relevante materialen, ofwel een uitgebreide post met foto's van alle materialen en daarna het bouwproces met preciezere uitleg. Dat laatste heb ik, na overleg met Patje, besloten te doen. Dit is die uitgebreide post, bedoeld voor mensen die niet weten wat deze machines kunnen of hoe ze werken. Vanzelfsprekend is de uitleg heel basaal en hopelijk voor iedere geïnteresseerde te volgen.

5a. De draaibank

32154803474_cbe033a3c3_b.jpg

Dit is de draaibank. Die bestaat uit drie hoofdonderdelen, die ik '1', '2' en '3' heb genummerd.

Onderdeel 1 is een schijf die wordt aangedreven door een motor. Zet je de draaibank aan, dan gaat die schijf dus draaien. De snelheid kun je instellen. Aan de schijf kan een klauwplaat worden bevestigd. Een klauwplaat kent iedereen van de boormachine, daar zit er ook een op hoewel die 'boorkop' wordt genoemd. Zoals je met een sleutel een boorkop open kunt draaien en weer dicht, zo kan dat met de klauwplaat van een draaimachine ook. Met een boorkop kun je er boortjes in klemmen, met een draaibank bijvoorbeeld een aluminium of messing cilinder die je wilt gaan bewerken.

Onderdeel 2 wordt het support genoemd. Op het support wordt de beitel gemonteerd. Zodra de beitel het draaiende werkstuk (dat in de klauwplaat zit) raakt, wordt er een stukje van het werkstuk afgeschraapt. De vorm van wat je gaat afdraaien wordt dus bepaald door hoe je het support beweegt.

Je kunt het support over de hele lengte van de draaibank bewegen, van helemaal rechts naar helemaal links (hoewel het natuurlijk niet de bedoeling is om met de beitel de klauwplaat te raken!), maar ook van helemaal vooraan naar achteren (=van je af). Dat doe je met de draaiwieltjes. Vier van de vijf handwieltjes die je op de foto ziet, zijn daarvoor bedoeld.

Dan ten slotte onderdeel 3, helemaal rechts van de draaibank. Dat is de losse kop. Hierin kun je bijvoorbeeld een boorkop in monteren, voor als je in de kop van het werkstuk een gat wilt boren. De losse kop kun je, zoals de naam al zegt, net als het support helemaal naar links verplaatsen. Wil je vervolgens gaan boren, dan zet je de draaibank aan en draai je aan het handwieltje van de losse kop. De boor zelf draait dus niet rond, wat een verschil is met een boormachine.

5b. Klauwplaat

32957662806_d2e4d95a41_b.jpg
Dit is een standaard zelfcentrerende klauwplaat. Er zit al een werkstuk in (let op de prachtige kwaliteit van dat werkstuk... :nowink:). Aan de zijkanten zie je de gaten voor de sleutel. Deze klauwplaat is zelfcentrerend: als je met een sleutel in één van de drie gaten draait, gaan de klauwen tegelijkertijd naar binnen of naar buiten. De drie zwarte bouten die je ziet, worden op deel A van de vorige foto gemonteerd.

5c. Onafhankelijke vierklauwplaat

32844134302_1e5bf8b331_b.jpg

Deze klauwplaat heeft niet drie maar vier klauwen. Omdat hij niet zelfcentrerend is, kun je er onderdelen mee bewerken die niet centraal moeten worden afgedraaid, zoals nokken.

5d. Opspanplaat

32183935763_7f648972e5_b.jpg

Hier kun je de wat grotere, onhandige werkstukken op monteren. Ook handig om te gebruiken bij de frees.

5e. Spantangenplaat

32154403684_9673ddcb1a_b.jpg

Hier zie je (in positie in de draaibank) een spantangenplaat. Een spantang zullen de meesten wel kennen van een Dremel of andere multitool: je kunt er bijvoorbeeld een boortje in doen en het dan vastklemmen met een schroef. Als het eenmaal vast zit, is het uitstekend gecentreerd. Een spantangenplaat werkt dus nauwkeuriger dan een klauwplaat. Het probleem is, dat je wel precies de juiste maat spantang moet hebben voor je te bewerken onderdeel.

5f. De spangtangen

32873577261_51b4a36d93_b.jpg

Dit zijn de spantangen die in de spantangenplaat kunnen worden gemonteerd. Niet te verwarren met de spantangen voor de frees.

5g. Hulpgereedschap voor in de losse kop

32999367465_fee3a3192c_b.jpg

Even terug naar de losse kop. Ik noemde al dat je daar een boorkop in kunt monteren. Die zie je rechts op de foto. De boorkop werkt hetzelfde als bij een boormachine. Om op de draaimachine precies te kunnen boren, moet je eerst het precieze midden van het werkstuk vinden en dat doe je met een centerboor. Daarvan zie je links op de foto drie stuks. Je boort met een centerboor een klein gaatje en dat is dan het midden van het werkstuk. Vervolgens kun je met een gewone boor boren.

Ook op de foto zie je een zogenaamde 'center', het ding met de conische punt. Dat kun je tegen een wat langer werkstuk aandrukken, zodat dat werkstuk niet gaat trillen en stabiel blijft. Het beste kun je daarvoor eerst een gaatje boren met een centerboor, dan weet je zeker dat het center goed blijft zitten.

5h. Centerinrichting



Ik omschreef net dat je het werkstuk aan de ene kant aan de klauwplaat kunt hebben zitten en aan de andere kant aan de center. Het is ook mogelijk om het werkstuk aan twee kanten tussen centers te plaatsen. Het zit dan niet aan een klauwplaat vast. Dit doe je met een centerinrichting, getoond op deze foto. Om het werkstuk met voldoende grip in beweging te krijgen, wordt er een schijf gebruikt (ook op de foto te zien) die met de door de motor aangedreven schijf meedraait en die om het werkstuk heen vast zit.

5i. Radius draaiinrichting

32183934983_0d8d1bf283_b.jpg

Om curves te maken in het werkstuk, kan een beitel worden gemonteerd op de draaiinrichting. Die draaiinrichting wordt dan weer gemonteerd op het support ('B' op de eerste foto).

5j. Meelopende lunetten

32844136412_7b3a4cbcb9_b.jpg

Om het werkstuk te ondersteunen tegen de krachten die de beitel erop uitoefent, zijn er deze lunetten. Ze 'lopen mee' ofwel zijn gemonteerd aan het support.

5k. Beitels HSS

32844136232_5cf58e6f59_b.jpg

Zoals gezegd, wordt de beitel aan het support gemonteerd. Er zijn verschillende beitels in verschillende materialen, elk voor een ander doel. Hier een aantal standaard hardmetalen exemplaren voor gewoon afdraaien (onderste doosje) en schroefdraad draaien (bovenste doosje). Helemaal bovenaan een afsteekbeitel, bedoeld om een werkstuk los te snijden van de rest van de cilinder.

5l. Wisselplaten met draaibeitels

32873580691_d00f89e814_b.jpg

Dit zijn beitels in harder materiaal en met wisselplaatjes, dus de snijdelen kunnen eenvoudig worden vervangen. Ik ben van plan vooral deze beitels te gaan gebruiken, maar heb tot nu toe enkel geoefend met de HSS-beitels.

5m. Wisselplaten met bijzondere beitels

32154409804_687d7e5906_b.jpg

Ook dit zijn wisselplaatbeitels, maar dan bedoeld om draad te snijden (de twee middelste), contouren te snijden (de onderste) en het werkstuk af te steken (de bovenste).

5n. Draadsnij-inrichting



Draadsnijden kan met beitels, maar ook met snijplaten. Dat gaat sneller, maar je moet precies de juiste plaat hebben voor een bepaald soort draad. Dit is voor M3 tot en met M10. Te gebruiken met de losse kop (om te centreren), maar wel handmatig. Je pakt dus de greep vast met de hand en draait het werkstuk ook handmatig rond.

5o. Sortering



De spullen liggen netjes in een la geordend. Elk doosje heeft een code gekregen ('D' voor draaibank, 'F' voor frees). Een lade is voor alle draaibank-attributen, een lade voor de frees-attributen en een lade voor de beitels en frezen.

Hierna een beschrijving van de frees plus attributen.
 
Laatst bewerkt:
Roy, schitterend gereedschap en snel je zelf eigen gemaakt. Duidelijke uitleg!!
 
Zo Roy dat ziet er heerlijk uit allemaal,mooie draaibank ook moet ik zeggen en het bij hordende materiaal.
Dit gaat smullen worden.
 
amai Roy dat is nog eens materiaal en wat anders dan de draaibank waar ik op gewerkt heb.
 
Roy,ferm draaibank,aan de fles petroleum op de achtergrond schat ik de lengte (breedte) van het geheel op ongeveer een 120 cm. ,kan dat kloppen? Grtz...........................................................
 
Prachtig werkmateriaal dat je daar hebt Roy.
Weet niet of je al eens met die draadsnij-inrichting gewerkt hebt maar weet dat je niet constant in de snijrichting kunt draaien.
Na elke halve tot driekwart toer moet je een kwart toer terugkeren om daarna opnieuw verder te doen. Op die manier vermijd je dat je geblokkeerd geraakt bij het draaien en verwijder je losgesneden materiaal.
Lijkt een beetje op de processie van Echternach, 3 stappen voorwaarts en 1 terug, maar zo blijf je aan de gang zonder problemen.
 
Knap gereedschap daar kan je mooie dingen mee maken , maar 1 ding wees voorzichtig dit is geen speelgoed en zelfs zeer gevaarlijk als het verkeerd gebruikt word wij hadden op school " progres " draaibanken en de ene of andere onvoorzichtige had de beitel te diep in gesteld met als gevolg een beitel die inhet plafond stak , het is te zeggen een stuk ervan
Een veiligheidsbril is zeker en vast hier aanbevolen " een gouden raad van ????? coachke "
Marc
 
man, ik heb ooit bijna dezelfde gekocht... moest toen kiezen tussen deze en een huis... veel experimenteer- en leergenot...
 
Terug
Bovenaan