@Sam: ik vind het zelf ook een erg interessant topic want ik leer er ontzettend veel van bij.
@Guy: als je de showcar bouwt, hou er dan rekening meer dat die sensoren aan de uitlaatspruitstukken verdwenen zijn. Zowel Top Studio als Tamiya gaan van de oude situatie uit. Overigens zal niemand het je kwalijk nemen als je gewoon een mengeling bouwt, om een model 'gedurende zijn bestaan' te tonen, dus met elementen uit de eerste races, plus elementen uit de latere races, plus eventueel nog wat erna. Het gaat om het plezier in het bouwen en dat kun je ook krijgen door een voorstelling te maken van het model. Niemand weet precies hoe de MP4/6 eruit zag op een bepaald moment en wij modelbouwers al helemaal niet. Elk gebouwd model zal dus z'n kleine en/of grote fouten hebben. Ergens is een grens aan wat je kunt bereiken en daar heeft elke modelbouwer die zich bezig houdt met een zich ontwikkeld hebbend voorbeeldexemplaar mee te maken.
74. Tijd voor een update, want er is veel te vertellen. Allereerst is het nieuwe soldeerstation binnengekomen en dat is toch wel een wereld van verschil. Ik kan kennelijk toch solderen, nu alleen nog netjes. Het oefenstukje is met 60/40 harskern gedaan, omdat de Tip Activator niet vloeibaar blijkt te zijn. Ik heb speciale zuurvrije flux voor electronica besteld, daar zal ik nauwkeuriger mee kunnen solderen.
Het soldeerstation werkt als een zonnetje. Voorlopig zie ik geen enkele reden om drie keer zoveel geld uit te geven aan een Weller. Het soldeerstation kostte 110 euro bij Conrad. Dank @Hondafan voor de tip!
75. Ik heb tegelijkertijd een daglichtlamp besteld. Ook dit is een groot verschil, details zijn beter zichtbaar en het werken is prettiger. De lamp kostte 50 euro bij Conrad.
76. Op het Britse forum waar ik deze bouw bijhoud werd ik benaderd door een vriendelijke collega-modelbouwer, NickD, die mijn metingen en berekeningen had gezien, die zelf ook de McLaren wil gaan bouwen en die vroeg of ik open stond voor fotogrammetrie. Dit is een methode om van foto's een 3D-model te maken. Eigenlijk het opmeten en berekenen wat ik heb gedaan, maar dan preciezer en door de computer. Samen hebben we veel gecorrespondeerd, gegevens uitgewisseld en ik heb hem van de nodige referentiefoto's voorzien.
Het proces werkt in de kern als volgt. Alle genoemde softwareprogramma's zijn open source en/of freeware.
1. Lensvervorming corrigeren
Referentiefoto's zijn vaak onderhevig aan lensvervorming. Met het programma Gimp (of Photoshop) kan de lensvervorming worden hersteld. Gimp bevat daar zelfs een specifieke functie voor.
2. Vectortekening maken
Een foto is altijd in bitmap-formaat, ofwel het is een gigantische verzameling pixels. Om foto's ideaal te kunnen vergroten en verkleinen is het echter zaak om de pixels te vervangen door vectors. Een vector is eigenlijk gewoon een lijntje van A naar B. Dus als je een foto of .jpg-tekening van een (tweedimensionele weergave van een) kubus hebt, zoals deze:
dan bestaat die foto of tekening uit vele duizenden pixels. In dit voorbeeld zijn die pixels ofwel zwart ofwel wit. Zou je deze tekening willen vergroten, dan worden de oorspronkelijke pixels steeds duidelijker te zien. Dat is niet gewenst. Ook kun je de kubus niet vervormen, door bijvoorbeeld een van de hoekpunten te verplaatsen en de kubus zo 'uit te rekken'. Dat kan soms nuttig zijn. Maar een bitmap leent zich hier niet voor.
Met een vectortekening kan dat echter wel. Die bestaat niet uit pixels maar uit wiskundige berekende lijntjes van en naar coördinaten. Als het plaatje hierboven een vectortekening zou zijn, zou die uit 9 lijntjes bestaan, van en naar 7 verschillende coördinaten. Vergroten of verkleinen heeft daar geen effect op, behalve dat de coördinaten veranderen. Zo kun je ook de hoekpunten of de ribben verplaatsen, zodat de kubus een andere gedaante krijgt.
Met het programma Inkscape kun je van een bitmap-foto een vectortekening maken. Je kunt het programma bijvoorbeeld de opdracht geven vectoren te plaatsen op de grenzen tussen twee kleurvlakken. Om een voorbeeld te geven, de kubus hierboven zou in Inkscape 18 vectoren krijgen. Immers, elke zwarte lijn heeft twee grenzen met de kleur wit (te weten, aan de ene kant van de lijn en aan de andere kant van de lijn).
3. De tekeningen samenvoegen
Met het programma Blender kun je een vectortekening inladen en vervolgens omzetten naar een 3D-vorm. Als je bijvoorbeeld een tekening hebt van een vierkantje (=vier vectoren), dan kun je er in Blender een kubus van maken: je plaatst als het ware 50 van die tweedimensionale vierkantjes bovenop elkaar. Een beetje zoals 3D-printen dus, maar dan met computersoftware.
Blender werkt met verschillende assen. Als je foto's hebt van de bovenkant, de zijkant en de achterkant van een onderdeel, kun je het onderdeel driedimensionaal nabootsen. Je plaatst de foto's (of de daaruit afgeleide vectortekeningen) op de assen, vergroot of verkleint waar nodig en werkt langzaam naar een 3D-model toe.
Tot zover de theorie, die ik -met name wat het onderdeel Blender betreft- deels van Nick, deels van een andere thread, deels van tutorials en deels door zelf wat te testen heb verkregen. Meer dan theoretische kennis heb ik zelf vooralsnog niet. Ik zie in deze combinatie van softwarepakketten enorme mogelijkheden op het gebied van scratchbouw. Vooral Blender is op het eerste gezicht een lastig pakket om te leren, maar gelukkig staat er op Youtube een uitgebreide serie tutorials.
Hier vind je het eerste van 20 delen.
77. Op basis van door mij aangeleverde foto's heeft Nick een eerste opzet gemaakt die er zo uitziet:
78. Vergelijk het Tamiya- en Top Studio-model:
Het gaat allemaal om de beugel die is aangeduid met de rode pijl. De Blender-tekening maakt duidelijk dat de randen te dik zijn, de steun te breed is, de knik niet op de juiste plek zit en het originele onderdeel een hoger zijvlak heeft.
Wordt vervolgd.
79. Ten slotte nog de precisering van het model in de tijd. Guy zette me ertoe aan bepaalde dingen uit te zoeken, dingen die tijdens het seizoen aan de auto veranderden. Uiteindelijk heb ik ervoor gekozen om de auto weer te geven zoals hij was tijdens de derde race van het seizoen (grand prix van San Marino), eenvoudigweg omdat verreweg de meeste foto's in het 1992-boek tijdens dat grand prixweekend zijn gemaakt. Bovendien zijn bijna alle belangrijke foto's van de motor tijdens dat grand prixweekend gemaakt, niet alleen in het 1992-boek maar ook in het 2012-boek. En dat is de spec 2-motor, na de derde race werd de spec 1-motor weer terug geïnstalleerd.
De alternatieve logische modelleerkeuze was de 15e grand prix geweest, die van Japan, omdat daar ook bijzonder veel foto's van in het boek zijn opgenomen (logischerwijze, Tamiya is Japans dus het was makkelijk om even langs te wippen). Voor wie zich ook met de MP4/6 bezig houdt en het even kostbare als nuttige 1992-boek weet te bemachtigen, dit is een lijstje met de grand prix en het aantal foto's dat tijdens die grand prix is gemaakt zoals opgenomen in het boek:
GP1: 8
GP2: 0
GP3: 71 (waaronder 18 van de in totaal 29 van de motor)
GP4: 3
GP5: 1
GP6: 0
GP7: 2
GP8: 9
GP9: 2
GP10: 0
GP11: 1
GP12: 1
GP13: 0
GP14: 0
GP15: 34
GP16: 0
Ik deel graag vergaarde kennis, want dat is in de modelbouw 'the spirit'. Sommige bouwers houden hun geheimen voor zich, ik dus niet. Zo ook de uitkomsten van een aantal uren research betreffende de aanpassingen gedurende het seizoen. Hier komen ze, op chronologische volgorde (indien interesse naar vindbronnen, laat maar weten):
- GP3: spec 2-motor is geïnstalleerd, voorlopig 1 race.
- GP3: eenmalig: Berger krijgt een nieuw Marlboro-logo met rode vlakken op de achtervleugel. Senna krijgt dat op enig moment ook, eenmalig; tijdstip onbekend.
- GP3 tot en met 4: geen camera tijdens de race.
- GP3 tot en met 16: Courtaulds-logo's gedurende (!) het raceweekend toegevoegd.
- GP4 tot en met 16: er werd een transparant windscherm geïnstalleerd.
- GP4 of erna: Marlboro-decal onderaan inspectieluik sturing verdwijnt.
- GP4 of erna: nieuwe vortex-generator aan voorzijde.
- GP4: terug naar spec 1-motor. Onduidelijk wanneer spec 2 weer werd geïnstalleerd.
- GP5 tot en met 16: nieuwe achtervleugel (o.a. zijkanten smaller).
- GP5 tot en met de race van GP7: camera opnieuw geïnstalleerd.
- GP7: vanaf de race tot en met de race van GP10: geen camera.
- GP8 tot en met 9: Mclaren-Logo's in plaats van Marlboro, vanwege strenge tabaksreclame-wetgeving in Engeland en Duitsland.
- GP9 tot en met 16: witte spiegels met aerodynamischer steeltje.
- GP10: vanaf de race is een camera geïnstalleerd.
- GP10: nieuwe motor, nieuwe brandstof van Shell.
- GP11 tot en met 14: geen camera.
- GP11 tot en met 16: variabel inlaatsysteem.
- GP15 tot en met 16: camera.
- GP15: 8 centimeter extra bij de voorvleugel.
- Na seizoen: Shell-sticker op stuurwiel.
- Na seizoen: switch + kabel links in cockpit.
- Na seizoen: Calsonic-logo's radiateurs.
- De vering vooraan is gedurende het seizoen tweemaal aangepast. Helaas weet ik (nog) niet wanneer precies en wat er is veranderd.
- Ook onbekend wanneer: sensoren uitlaatspruitstukken zijn op enig moment verdwenen. In elk geval aanwezig tijdens de 3e, 4e en 8e race.
Dit lijstje zal te zijner tijd zeker aangevuld gaan worden.
Mijn weergave wordt dus de auto met spec 2-motor, breed Marlboro-logo op achtervleugel, geen camera, Courtaulds-logo's, opaak rood windscherm, Marlboro-decal bij inspectieluik stuurhuis, 1e type vortex-generator, brede achtervleugel, Marlboro-logo's, rode spiegels met cilindervormig steeltje, korte voorvleugel, blanco stuurwiel, geen switch of kabel links in cockpit, geen Calsonic-logo's in radiateurs, wel sensoren in uitlaten.
Bestede tijd: 16 uur (bouw) + 24 uur (studie)